woensdag 13 januari 2010

Het verhaal van de vos uit De Kleine Prins van Antoine de Saint-Exupery (overgenomen)

Het verhaal van de vos, uit De Kleine Prins van Antoine de Saint-Exupery

 

http://94.100.120.158/198500001-198550000/198530601-198530700/198530646_4_s-b-.jpeg

En toen verscheen de vos.
- Goede morgen, zei de vos.
- Goede morgen, zei de kleine prins beleefd, en hij draaide zich om maar zag niets.
- Hier ben ik, onder de appelboom, zei de stem.
- Wie ben je? vroeg 't prinsje. Je bent beeldig.
- Ik ben een vos, zei de vos.
- Kom met me spelen, stelde het prinsje voor, ik ben zo verdrietig.........
- Ik kan niet met je spelen, zei de vos. Ik ben niet tam.
- O, pardon, zei de kleine prins.
Maar bij nader inzien vroeg hij:
- Wat is dat "tam"?
- Jij komt niet uit deze buurt, zei de vos, wat zoek je hier?
- Ik zoek de mensen, zei 't prinsje. Wat betekent "tam"?
- De mensen, zei de vos, hebben geweren en ze jagen. Dat is erg lastig! Ze houden ook kippen. Dat is hun enige nut. Zoek je kippen?
- Nee, zei het prinsje. Ik zoek vrienden. Wat betekent "tam"?
- Dat is maar al te zeer een vergeten woord, zei de vos. 't Betekent "verbonden".
- Verbonden?....
- Ja zeker, zei de vos. Jij bent voor mij maar een klein jongetje als alle andere kleine jongetjes. En ik heb je niet nodig. Ik ben voor jou een vos als alle andere vossen. Maar als je me tam maakt, dan zullen we elkaar nodig hebben. Dan ben je voor mij enig op de wereld en ben ik voor jou enig op de wereld.......
- Ik begin 't te begrijpen, zei de kleine prins. Er is een bloem ... die mij geloof ik tam heeft gemaakt......
- Dat is best mogelijk, zei de vos. Men ziet van alles op de aarde.....
- O, maar dit is niet op de aarde.
De vos keek erg nieuwsgierig:
- Op een andere planeet?
- Ja.
- Zijn daar ook jagers, op die planeet?
- Nee.
- Dat is geweldig! En kippen?
- Nee.
- Niets is volmaakt, zuchtte de vos.
Maar de vos ging door met zijn uitleg.
- Mijn leven is eentonig. Ik jaag kippen en de mensen jagen mij. Alle kippen lijken op elkaar en alle mensen lijken op elkaar. Dus verveel ik me wel een beetje. Maar als jij me tam maakt, dan wordt m'n leven vol zon. Dan ken ik voetstappen die van alle andere verschillen. Voor andere voetstappen kruip ik weg onder de grond, maar jouw stap zal me juist uit m'n hol roepen, als muziek. En kijk eens! Zie je daar de korenvelden? Nu eet ik geen brood. Ik heb niets aan koren en korenvelden zeggen me niets - dat is heel verdrietig. Maar jij hebt goudkleurig haar. Dan zal het heerlijk zijn als je me tam gemaakt hebt. Door 't goudkleurige koren zal ik aan jou moeten denken. En ik zal 't geluid van de wind in 't koren mooi vinden........
De vos werd stil en keek het prinsje lang aan:
- Alsjeblieft....wil je me tam maken? zei hij.
- Ja, dat wil ik wel, antwoordde de kleine prins, maar veel tijd heb ik niet. Ik moet vrienden ontdekken en allerlei dingen leren kennen.
- Alleen de dingen die je tam maakt, leer je kennen, zei de vos. De mensen hebben geen tijd meer iets te leren kennen. Ze kopen dingen klaar in winkels. Maar doordat er geen winkels zijn, die vrienden verkopen, hebben de mensen geen vrienden meer. Als je een vriend wilt, maak mij dan tam!
- Wat moet ik dan doen? zei het prinsje.
- Je moet veel geduld hebben, antwoordde de vos. Kijk, je gaat eerst een eindje van me af in 't gras zitten. Ik bekijk je eens tersluiks en jij zegt niets. Woorden geven maar misverstand. Maar je kunt iedere dag een beetje dichterbij komen zitten.....
De volgende dag kwam het prinsje terug.
- Je had beter op dezelfde tijd kunnen komen, zei de vos. Als je b.v. om vier uur 's middags komt, begin ik om drie uur al gelukkig te worden. Hoe later 't wordt, des te gelukkiger voel ik me. En om vier uur wordt ik al onrustig; zo zal ik de waarde van 't geluk leren kennen! Maar als je op een willekeurige tijd komt, dan weet ik nooit hoe laat ik mijn hart klaar moet maken.........Riten moeten er zijn.
- Wat is een "rite"? vroeg de kleine prins.
- Dat is ook een vergeten begrip, zei de vos. 'n Rite maakt dat de ene dag verschilt van alle andere dagen, 't ene uur van alle andere uren. Mijn jagers hebben b.v. een rite. Op donderdag dansen zij met de meisjes uit het dorp. Donderdag is een heerlijke dag! Dan kan ik wandelen tot aan de wijnbergen. Als de jagers op willekeurige dagen dansten, zouden alle dagen gelijk zijn en ik zou nooit vrij hebben.
Zo maakte de kleine prins de vos tam, en 't uur van vertrek naderde.
- Ach, zei de vos.....ik zal huilen.
- 't Is je eigen schuld, zei de kleine prins; ik wenste je niets kwaads toe maar jij wilde dat ik je tam zou maken.
- Jazeker, zei de vos.
- En nu moet je huilen, zei de kleine prins.
- Ja zeker, zei de vos.
- Dus daar win je niets bij!
_ Ik win er wel bij, zei de vos, wegens de kleur van het korenveld.
En hij vervolgde:
- Ga nog maar eens naar de rozen. Dan zul je begrijpen dat jouw roos enig is op de wereld. Kom me dan gedag zeggen, dan zal ik je een geheim meegeven.
De kleine prins ging weer naar de rozen kijken:
- Jullie lijken helemaal niet op mijn roos, jullie zijn nog niets, zei hij. Niemand heeft jullie tam gemaakt en jullie hebben ook niemand tam gemaakt. Jullie zijn net zoals mijn vos was.
Hij was maar een vos als alle andere vossen. Maar ik heb er een vriend van gemaakt en nu is hij enig op de wereld.
En de rozen werden erg verlegen.
- Je bent wel mooi, maar je bent leeg, zei hij nog.
Niemand kan voor je sterven.
Natuurlijk zou een willekeurige voorbijganger geen verschil zien tussen mijn eigen roos en jullie. Maar toch is zij, zij alleen, veel belangrijker dan jullie allen, omdat ik haar water heb gegeven en haar onder een stolp heb gezet; omdat ik haar heb beschut met een kamerscherm en de rupsen voor haar heb gedood (behalve 'n enkele hier en daar, voor de vlinders); omdat ik haar klachten en haar gesnoef en zelfs haar zwijgen heb aangehoord; omdat ze mijn roos is.
En hij ging terug naar de vos:
- Vaarwel, zei hij.....
- Vaarwel, zei de vos. Dit is mijn geheim, 't is heel eenvoudig: alleen met 't hart kun je goed zien. 't Wezenlijke is voor de ogen onzichtbaar.
- Voor de ogen is 't wezenlijke onzichtbaar, herhaalde de kleine prins, om 't goed te onthouden.
- Alle tijd die je aan je roos besteed hebt, maakt je roos juist zo belangrijk.
- De tijd die ik aan mijn roos besteed heb......zei de kleine prins, om 't goed te onthouden.
- Dat is een waarheid, die de mensen vergeten hebben, zei de vos. Maar die moet jij niet vergeten. Je blijft altijd verantwoordelijk voor wat je tam hebt gemaakt. Je bent verantwoordelijk voor je roos........
- Ik ben verantwoordelijk voor mijn roos, zei de kleine prins om 't goed te onthouden.



De inleiding van het boek:
Aan Leon Werth
Hopenlijk zullen de kinderen mij vergeven, dat ik dit boek aan een groot mens heb opgedragen. Ik heb er een goede reden voor: dit grote mens is de beste vriend, die ik heb op de wereld. En dan is er nog een reden: dit grote mens kan alles begrijpen, ook kinderboeken. En een derde reden: dit grote mens woont in Frankrijk, waar hij honger en kou lijdt. Hij heeft echt troost nodig. En als dat nog geen redenen genoeg zijn, dan wil ik dit wel opdragen aan het kind dat dit grote mens vroeger geweest is. Alle grote mensen zijn eerst kinderen geweest (maar alleen een heel enkele herinnert 't zich). Ik verbeter dus mijn opdracht:
AAN LEON WERTH
toen hij nog een klein jongetje was.

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten