maandag 21 december 2009

Shibumi

Shibumi

Ik woonde toen in Dordrecht, jaren geleden, Brouwersdijk, een heerlijk groot dubbel huis, twee keukens, kelder onder het hele huis, een boudoir en vier slaapkamers, het huis had ook een open haard en was aangemerkt als woonhuis waar ook praktijk gevoerd mocht worden. Heerlijk, werk vanuit huis, dat is mij op het lijf geschreven, ik ben een vroege vogel en een nachtbraker, ik kan 60 uur per week werken en dat deed ik ook.
Toen kreeg ik Shibumi, een klein zwart-wit bolletje wol. Ik gaf haar die naam omdat het “rust in mijn hoofd” betekent, tenminste dat is mij verteld.
Ik draai me nu even om, en geef Clementine een aaitje over haar schild. Meestal gaat ze om deze tijd al weer slapen, ze is een zomermens en een zonaanbidster, dat dan weer wel. Maar nu eet ze appel, daar houdt ze van.
Shibumi had van die maniertjes, iedereen kent dat wel van eigen, je weet precies wat ze doen en niet doen, en ook hoe ze het doen en waarom en vooral ook wanneer.
Dat was bij Shibumi ook. Blijkbaar ben ik nu eindelijk in de gemoedsrust om het op te schrijven.

Als ze rende dan was ze heel stoer, dan bewoog ze haar hoofdje op en neer om haar rennen meer snelheid te geven, en haar voetjes zette ze in rap tempo voor elkaar neer, daardoor gaf haar rennen altijd een grappig effect. En als ze ging liggen dan legde ze haar voorvoetjes altijd over elkaar, een beetje naar binnen gebogen. Een nederigheid en afwachting sprak er uit. En als ik haar dan aanhaalde, dan gaf ze een geluidje, mrrrroeh, zo iets was dat. Heel lief, soms praatte ik terug, dan hadden we hele gesprekken, voor een niet liefhebber klinkt dat gek, maar echt wel heel bijzonder.
Ik kijk weer even om, Clementine is uitgegeten en probeert zich in te graven. Het is avond en nacht voor haar. Ze legt tevreden haar hoofdje neer en strekt haar beentjes achter zich.
Ik doe een afdakje boven haar dan is het niet zo licht voor haar.

Shibumi hield wel van Clementine, en eerst ook erg van haar zusje Engeltje, die zo heet omdat ze altijd zit te mediteren. Oogjes dicht en heel soms op een kiertje.
Een paar weken geleden begon het, ik aaide Shibumi over haar buikje en ik schrok. Ik voelde een knobbel bij een van de klieren. Ik mocht het gewoon aanraken, dus ik dacht, dat het wel mee zou vallen. Vervolgens ben ik van alles gaan opzoeken en bellen natuurlijk en ik kreeg goed raad en handige tips en adviezen. Maar de knobbel groeide als kool, en was binnen korte tijd zo groot als een walnoot. Shibumi heeft me een keer gebeten toen ik er aan zat, toen wist ik dat ze toch pijn moest hebben. Daarvoor leek het of er niets aan de hand was, ze sprong en rende nog als te voren en at nog het zelfde als altijd. Het enige verschil was dat ik haar stiller vond, meer slapen en telkens weer terug op haar kussentje.
Een week later vond ik bloed op haar kussen, ik voelde aan haar buik en mijn vinger raakte een groot gat aan, midden in de knobbel. Ik schrok geweldig.
Meteen heb ik de dierenarts gebeld. Die vertelde er over ….. meestal kwaadaardig. Opereren kon wel … geen garantie dat het dan niet terugkomt ….
Vrijdags ben ik met haar gegaan. Ze werd bekeken. En de beslissing was aan mij, de taak om te beslissen over leven en dood van iemand die afhankelijk van je is, die je 15 jaar gevoed en gelaafd hebt, die je elke dag begroette als je thuis kwam en die elke avond bij je op bed sprong om je welterusten te komen knorren.
Engeltje heeft een paar dagen lopen zoeken en roepen. Maar is er nu net als ik aan gewend.
RIP, snikt toch weer even

Geen opmerkingen:

Een reactie posten